Ik kan niet meer oproepen hoe ik me echt voelde in de kraamweek / kraamweken, maar ik kijk nu terug op een hele fijne tijd. Een bubbel waarin ik me begeef met jou, met Jeremiah en een paar mensen die dichtbij ons staan. Ik geniet enorm van het borstvoeden (nog steeds). Het leven is zo simpel (dat is iets anders dan ‘makkelijk’ trouwens 😂, misschien is overzichtelijk beter) Het gaat om knuffelen, voeden en…. slapen.
Waar ik dacht dat het vooral om míj́n slaapgebrek zou gaan, ontdek ik ineens dat ik geen klap weet over babyslaap. He-le-maal niks. De eerste week brengen we bloot op bloot door en slaap je op mij (ja dat kan ook veilig), maar als ik je dan in een co-sleeper wil leggen, voelt dat veel te ver weg. Ik vraag Google om raad, maar bij alles wat ik lees over babyslaap, gaan mijn haren rechtovereind staan. (Figuurlijk)
De eerste weken, maanden – en nu nog steeds – doen een beroep op mijn innerlijke kompas. Tijdens de baring werkte het feilloos, maar met weinig slaap en een baby in mijn handen, voelt het allemaal wiebelig. Hoe weet ik nu dat wat ik voel juist is? Ik toets het af en toe aan vriendinnen die moeder zijn en omring me met vrouwen die dezelfde visie als ik hebben op baby’s.
De eerste keer dat ik een uurtje zonder je ben, voel ik me ontredderd en ik weet niet hoe snel ik weer thuis moet komen, waar jij heerlijk in de draagdoek slaapt bij je vader. Ik dacht dat je zonder mij dood zou gaan, maar misschien is het andersom en ga ik dood zonder jou? Regelmatig kom ik in een soort impasse: ik heb ademruimte nodig, helemaal alleen, én ik wil altijd bij je zijn. Een mentale strijd in mijn hoofd die me soms dagelijks bezighoudt.
Wordt vervolgd


Leave a Reply